Democratie, armoede en gecertificeerde bosbouw

Op initiatief van de algemene ledenvergadering van de Verenigde Naties wordt ieder jaar op 15 september de Internationale Dag van de Democratie gevierd. In Nederland doen we natuurlijk mee. Echter praktisch ingesteld als we zijn, is besloten een zaterdag dicht bij de 15e te kiezen zodat zoveel mogelijk mensen mee kunnen doen op hun vrije dag. Dit jaar is het zaterdag 9 september geworden en valt het samen met open monumentendag. Reden voor de dag van de democratie is dat ieder mens een stem heeft die gehoord dient te worden en ieder mens de mogelijkheid moet hebben in de maatschappij mee te doen. Duidelijk toch?

Helaas pakt dit in de praktijk in verschillenden regio’s in de wereld nog wel eens anders uit. Het aantal gebieden, waar de democratie minder goed functioneert als hier omdat lang zittende leiders menen dat hun ideeën de beste zijn en dus niet in twijfel getrokken mogen worden, neemt, voorzichtig gezegd, niet af. Wat heeft dat nu met armoede te maken? Zet voor jezelf eens een aantal minder democratische landen of regio’s op een rijtje en geef een schatting van het gemiddelde inkomen van de bewoners. Je komt al snel tot het inzicht dat deze twee begrippen wel degelijk iets met elkaar te maken hebben.

Waar geen democratie heerst, de corruptie hoogtij viert of de leiders zich onrechtmatig grote sommen geld toe-eigenen is armoede voor grote groepen bewoners een gegeven. Er zijn natuurlijk gebieden die een lange zorgtraditie kennen en waar de leiders een groot deel van de grondstof inkomsten aan de bewoners ten goed laten komen. Iedereen kent olierijke gebieden waar onderwijs, medische zorg en huisvesting gratis zijn. Maar komt er ooit een opvolger die deze zorgplicht traditie net even anders interpreteert, dan zit het volk in grote moeilijkheden.

Hoe kan gecertificeerde bosbouw meehelpen om de armoede te reduceren en de democratie te bevorderen en is dit eigenlijk wel een taak van de bosbouwindustrie? Om met het laatste te beginnen volmondig “ja” want wereldwijd zijn circa 1,6 miljard mensen economisch afhankelijk van de bossen. 60 miljoen inheemse mensen zijn volledig afhankelijk van bos omdat zij erin leven en wonen en voor 350 miljoen mensen zijn bossen een directe bron van inkomsten.

De duurzaamheidseisen van het keurmerk PEFC zijn derhalve gebaseerd op ecologische, economische én sociale belangen.

  • rechten van de lokale bevolking en van bosarbeiders moeten gerespecteerd worden.
  • de PEFC bosbouwstandaarden zijn aangepast aan nationale culturele en sociaaleconomische omstandigheden.
  • werkomstandigheden moeten overeenstemmen met de internationale arbeidscriteria van het International Labour Organization (ILO), ook als het land het ILO verdrag niet ondertekend heeft.
  • bosbeheeractiviteiten moeten uitgevoerd worden in overeenstemming met juridische, gebruikelijke en traditionele rechten zoals beschreven in ILO 169 en de VN-verklaring over de Rechten van (Inheemse) Volkeren. Dit betekent concreet dat de lokale bevolking en arbeiders recht van spreken hebben en een rechtvaardig salaris moeten krijgen.

 

Kortom gecertificeerde bosbouw draagt zijn steentje bij aan democratie en armoede bestrijding.

Blog geschreven door Patricia Dolman, Marketing & Communicatie PEFC Nederland.